De Stichters
De Geschiedenis van de Aarde, deel 9: Egypte en de Tijd van Jezus Christus
De Stichters via Sal Rachele
vertaald uit het Engels door Frank Hoogerbeets
26 mei 2005
Gegroet, geliefde Scheppers! Wij zijn weer terug met meer over jullie geschiedenis. Er zijn twee tijdsperioden die vele van jullie lange tijd hebben gefascineerd, en dat is Egypte en de tijd van Jezus Christus.
We zullen nu een korte tijd besteden aan deze twee sages, zonder het Zuid- en Noord-Amerikaanse verhaal te vergeten, dat we een andere keer zullen vertellen.
De zogenaamde strijd tussen licht en duisternis duurde voort na de vernietiging van Atlantis. Jullie wereld leek op en neer te gaan tussen perioden van korte verlichting, gevolgd door tijden van corruptie en relatieve duisternis. Egypte was een dergelijk geval.
Een groep Pleiadiërs van de zevende dichtheid, die vastbesloten waren om de blauwdruk van de mensheid, die was gewijzigd door Orionische, Draconische, Syrische, Andromedaanse en andere afvallige groepen, te herstellen, trokken voordeel uit het feit dat de weinige overlevenden van Atlantis relatief zuiver waren in hart en geest. Diegenen die langs de Nijl landden waren de eersten die door het Pleiadisch welkomstcomité werden bezocht. Deze afvaardiging werd geleid door een leraar die later “Thoth” werd genoemd, die, in tegenstelling tot oude geschriften, niet het hoofd van een vogel of reptiel had. Het wezen dat zo wordt afgebeeld was een Draconisch-Andromedaanse hybride die veel later kwam en de leringen van Thoth vervalste.
Thoth was een stralend wezen van blauwwit licht, een hominoïde met bijna dezelfde kleur en energie als wijzelf in de hogere domeinen. Hij was in staat om zijn trillingsniveau ver genoeg te verlagen om direct met de afstammelingen van Atlantis te communiceren en om hen de principes van waarheid, samenwerking, harmonie en hogere wiskunde bij te brengen.
Zoals veel gechannelde berichten bevestigen was Thoth de ontwerper achter de Grote Piramide. Dit bouwwerk diende verschillende doelen, maar zijn belangrijkste functie was een inwijdingskamer en regulator van het Aardse rastersysteem. Zoals correct opgemerkt door jullie “Egyptologen” stond hij op één lijn met Mintaka, de centrale ster in de gordel van Orion. Mintaka werd het centrum voor de Orionische verlichte regering die volgde op de resolutie van de oorlogen tussen Rigel en Betelgeuze zo’n 100.000 jaar geleden. Mintaka had ook een geografische en geologische betekenis in dat hij een centraal punt aangaf op de as van de precessiebeweging van de Aarde, die ongeveer elke 25.920 jaar terugkeerde. Het rastersysteem van de Aarde was verbonden met het punt in Gizeh dat het middelpunt was van het raster, en van leylijnen en spiralen die uit verschillende heilige geometrische hoeken daar vandaan kwamen. De Martianen hadden in hun hoogtijdagen een vergelijkbaar rastersysteem geconstrueerd op dezelfde lengte- en breedtegraad op hun planeet, eveneens ontworpen door Pleiadiërs van de zevende dichtheid, maar helaas bereikte die nooit z’n potentieel als Transformatieportaal door de tussenkomst van Orionische en Draconische groeperingen.
Een ander strategisch doel van de Grote Piramide was om te dienen als een inkomend Portaal voor groepen Pleiadiërs opdat de zuiverheid en visie van de oorspronkelijke blauwdruk een kans zou hebben om op Aarde te worden hersteld.
Thoth en zijn groep hadden redelijk succes met het werken met Atlantiërs om langs de Nijl tempels te bouwen voor inwijding en zielevolutie. Van de enkele duizenden Atlantiërs die van dit gebied hun thuis maakten, nam een aanzienlijk percentage deel aan de activiteiten voor inwijding en transformatie in de Grote Piramide. De Pleiadiërs van de zevende dichtheid construeerden het bouwwerk in enkele dagen met behulp van levitatie en lasertechnologie. Er werden een aantal doorgangen ontworpen om tegemoet te komen aan diegenen die langere perioden in het gebouw nodig hadden om hun inwijdingsschema’s te versnellen als voorbereiding op het transformeren naar lichtlichamen van de vijfde dichtheid.
De onderaardse kamers onder het Gizehplateau werden al bewoond door diegenen die onder de grond vluchtten tijdens eerdere grote branden. De Pleiadiërs bouwden in samenwerking met deze onderaardse groepen de Hal der Verslagen honderden meters onder de Piramide. De Sfinx werd later door een andere groep Egyptenaren opgericht om de ingang naar het Portaal aan te geven. De piramide werd omstreeks 10.500 B.C. voltooid. Pas in de afgelopen twintig jaar hebben wetenschappers in jullie wereld de Grote Piramide correct gedateerd. Tot voor kort werd aangenomen dat dit gebouw in verband stond met andere piramiden die waren gebouwd (door het handwerk van de Egyptenaren) om te dienen als graftombes voor de Farao’s. Dit medium gaat (in zijn boek) gedetailleerd in op de armzalige pogingen van latere Egyptenaren om de inwijdingskamers te reconstrueren nadat Egypte in handen was gevallen van de Syriërs. We hebben daar later meer over.
Verslagen van adepten van de oorspronkelijke mysteriescholen van Thoth kunnen sporadisch worden gevonden op verschillende kleitabletten en in gechannelde teksten, waaronder de Emeraldtabletten. Zij berichten hoofdzakelijk over de inwijdingen die werden gegeven om de zielen van de vierde dichtheid voor te bereiden op hun transformatie naar de vijfde dichtheid.
Het oude Egypte bloeide tot ongeveer 7.500 B.C., toen Syriërs van de zevende dichtheid van de ster Sirius B ten tonele verschenen en het werk van Thoth en zijn groep langzaam ongedaan maakten. De Christelijke, Joodse en Griekse legenden en mythen gaan allemaal over de Syriërs.
Ofschoon deze buitenaardse groepen een groot technologisch en psychisch vermogen hadden, hadden zij hun ego’s nog niet voldoende verfijnd met als gevolg dat zij besmet raakten met aanbidding en gebed door hun ondergeschikten. Zij waren met andere woorden op “guru-avontuur”, om een populaire uitdrukking te gebruiken. Eerst was het subtiel. Zij demonstreerden hun wonderlijke vermogens aan diegenen die niet het spirituele inzicht hadden om de charade te doorzien. Toen zij zich met de bevolking vermengden en voortplantten, raakte het DNA van de afstammelingen steeds meer besmet met hun soort egoïstische verheerlijking. De mysteriescholen begonnen te devolueren tot pikordes en de aanbidding van Syrische goden.
De God van het Oude Testament, Jehova, was een Syriër van de zevende dichtheid. Diegenen die de leringen van Jehova kennen, maar niet willen accepteren dat Jehova een egoïstische Syriër was, zouden de invloed van Jehova’s aanwezigheid op Aarde moeten onderzoeken. Zoals al vaak is gezegd door dit medium, is het Oude Testament één van de bloedigste en meest gewelddadige boeken ooit geschreven. Zou een hoogontwikkeld, verlicht wezen het ene ras opzetten tegen het andere? Zou hij blinde gehoorzaamheid eisen van zijn volgelingen? Zou hij sommigen meer belonen dan anderen? In God’s universum bestaan geen elites of uitverkorenen. Iedereen is uitverkoren en geschapen in zuivere liefde en onschuld. Iedereen is evenveel waard in de ogen van God en die waarde is oneindig. Bijbelstudenten, Joodse en Christelijke geestelijken in jullie wereld zouden moeten terugkeren naar de basis en de invloeden van de oude leringen bestuderen. Verkondigden zij vrede en de ontwikkeling van bewustzijn, of verkondigden zij scheiding en conflict? Wij, de Stichters, prediken bijna nooit, maar dit is te belangrijk om voorbij te laten gaan. Maar we gaan verder. We brengen je terug naar Egypte tijdens haar verval in aanbidding en offerandes.
Tegelijkertijd met de invasie van de Syriërs (na 7.500 B.C.), verschenen de Orioniërs en Draconiërs ten tonele en vond er een beperkte gemengde voortplanting plaats, wat resulteerde in de half reptielachtige, half vogelachtige en half menselijke vormen die later in Egyptische tekeningen zijn afgebeeld. De “vogelmens” was een hybride Draconisch-Andromedaans ras, het resultaat van “creatief DNA-ontwerp” en zij probeerden in hun eigen lichamen op Aarde te landen, met gedeeltelijk succes. Net als de Syriërs gebruikten zij hun superieure technologie en psychische vermogens om de onderdanige bewoners van Egypte te onderwerpen. Je kunt overal in Egypte afbeeldingen van Syrische en Draconisch-Andromedaanse goden vinden op de wanden van grotten.
De zuiveren van hart en geest, die zagen dat het experiment opnieuw mislukte, trokken zich bedroefd terug naar de innerlijke niveaus en een periode van relatieve duisternis daalde neer over Egypte. De rituele offerandes, mummies en mysteriescholen van de Farao’s waren allemaal de manifestatie van Syrische, Orionische, Draconische en Andromedaanse vervalsing van de oorspronkelijke Pleiadische leringen. Zouden de leringen van Thoth volledig zijn geïntegreerd door zijn studenten, dan zouden zij nooit corrumpeerbaar zijn geweest. De hieruit te leren les zou nu duidelijk moeten zijn. Tenzij je je ego en hoger bewustzijn volledig hebt geïntegreerd, kun je op een dwaalspoor worden gebracht door ogenschijnlijk goedbedoelde leraren die zelf niet hun ego’s met de geest hebben geïntegreerd.
Dit is het einde van deel 9. Wij zijn de Stichters